Recidive
(<Fr.), v., 1. (strafr.) herhaling van misdrijf, een strafverzwarende omstandigheid, indien iem. een misdrijf pleegt binnen zekere tijd nadat hij voor een zelfde of verwant feit is gestraft; — het opnieuw vervallen in dezelfde zonde ; 2. het zich opnieuw vertonen van een schijnbaar genezen ziekte; wederinstorting van een zieke.