Wat is de betekenis van Puzzle?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Puzzle

PUZZEL, (Eng.-), v. (-s), 1. moeilijke opgave die men als tijdverdrijf tracht op te lossen: legpuzzle, kruiswoordpuzzle; 2. (fig.) moeilijk op te lossen vraag, probleem: het is voor mij een puzzle wat ik met zo een kind beginnen moet.

2025-07-23
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

puzzle

I. niet op te lossen moeilijkheid, vraag of kwestie; verlegenheid; raadsel; legkaart, geduldspel, puzzle; be in a puzzle, geen weg met iets weten; voor een raadsel staan, er geen raad voor weten; II. verlegen maken, verbijsteren, vastzetten; be puzzled about (at, over) it, niet weten hoe men het heeft; voor een raadsel staan; er niets op weten; puz...

2025-07-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

puzzle

(Eng.) m. behendigheidsspel; vraagstuk, moeilijkheid, raadsel.

2025-07-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

puzzle

v. puzzles (Eng. oorspr. moeilijke kwestie: behendigheidsspel, inz. berustende op het ontwarren v. e. tekening of afbeelding, op het in elkaar zetten van figuren enz.; raadsel; moeilijkheid, vraag): kruiswoorden puzzle.

2025-07-23
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

puzzle

(Eng.), m. behendigheidsspel: raadsel.

2025-07-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

puzzle

[Eng.] = puzzel.

2025-07-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

puzzle

→puzzel.

2025-07-23
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

puzzle

puzzle - v., moeilijkheid; teekenraadsel; raadsel; behendigheidsvraagstuk.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-23
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Puzzle

o. Eng., raadsel; speelgoed uit houten of steenen blokjes van allerlei vorm, die tot een geheel moeten worden samengelegd.