Psydrax
Psydrax Gaertn. [J. Gärtner], - Lat. transcr. van Gr. psudrax (van psudros, leugenachtig, en dit weer van pseudein, bedriegen), puistje of blaasje, dat, naar men geloofde, op iemands tong ontstond, als hij gelogen had. - De naam zinspeelt op de zeer knobbelige steenkern der vruchten.