Wat is de betekenis van Preneur, preneuse?

2025-07-24
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Preneur, preneuse

nemer, neemster; afnemer, huurder; vanger, gebruiker; avoir (trouver) preneur, een koper hebben (vinden).

Gerelateerde zoekopdrachten