Wat is de betekenis van portaal?

(<Fr.), o. (...talen), 1. grote deurnis aan de ingang van een gebouw: het portaal van de kerk; 2. voorhuis, vestibule; 3. brede gang op een verdieping, overloop boven, waarop veel kamers uitkomen.

(1975) (euf. of sch.) (vaak verkleinvorm) vagina. In de zin van 'zitvlak, achterste' slechts één maal aangetroffen (bij Constantijn Huygens). • (Hans Heestermans: Erotisch Woordenboek. 1980) • (H. Mullebrouck: Vlaamse volkstaal. 1984) • (Ton den Boon: De taal der liefde. 2017)

Portaal - Internetsite van waaruit de gebruiker zijn opzoekingen start. Over het algemeen biedt een portaal diverse diensten aan, zoals het beheer van een e-mailadres, actuele informatie, webgidsen… Yahoo!, Belgacom en Advalvas behoren tot de meest bekende portaalsites.

portaal - zelfstandig naamwoord uitspraak: por-taal 1. overdekte hal bij de ingang van een gebouw ♢ we troffen elkaar in het portaal van de kerk Zelfstandig naamwoord: por-taal het portaal ...

Een portaal is een ingang van een groot gebouw, bijv. een kerk; deze zelfstandige ruimte kan ingebouwd en/of uitgebouwd zijn; vgl. met portiek.

[v. MLat. portale, onz. van portalis = tot de poort behorend, van Lat. porta = poort, deur; vgl. Gr. poros = doorgang; peran = dóórdringen] 1 ingebouwde of uitgebouwde afgesloten ruimte die de hoofdingang van een groot gebouw of kerk (kerkportaal) vormt; 2 ruimte in een h...

voorhal; overloop

vertrek by die ingang van ‘n gebou.

o., hoofdingang voor een groot gebouw; gang bij een trap.