Wat is de betekenis van Plombeeren?

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Plombeeren

→ Tandheelkunde.

2025-07-28
Populaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Plombeeren

het opvullen van een door caries in een tand of kies ontstane holte met een hardwordende stof, die niet wordt aangetast door de sappen der mondholte. Het doel van het P. is niet alleen het vullen van het gat, maar ook herstel van de functie van den tand en bescherming der inwendige oppervlakte tegen verdere schadelijke invloeden. Voor de vullende s...

2025-07-28
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Plombeeren

(van ’t Fr. plomber), opvullen van een holte, meestal in een tand; ook in een been.

2025-07-28
Algemeen Technisch woordenboek

H.J. van Eyk (1916)

Plombeeren

Het vullen met een metaal of andere stof, van holle kiezen.

2025-07-28
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

plombeeren

plombeeren - met lood verzegelen ; opvullen.

2025-07-28
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Plombeeren

Plombeeren - met lood verzegelen.

2025-07-28
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Plombeeren

Fr., met lood verzegelen; met lood of een ander metaal (goud) opvullen.

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Plombeeren

Plombeeren (plombeerde, heeft geplombeerd), van overheidswege met lood verzegelen; van een looden stempel voorzien; — (tandm.) holle tanden of kiezen vullen met lood. goud, zilver, caoutchouc enz. PLOMBEERING, v. (-en).

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

plombeeren

plombeeren - bw. gel., looden □, loodjes (merken) aanhangen; (tandm.) vullen (van holle kiezen) met lood of creosoot

Gerelateerde zoekopdrachten