Wat is de betekenis van Pleger?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pleger

m. (s), (gew.) (glasbl.) werkman die de pas geblazen voorwerpen in de koeloven verzorgt, rangschikt.

2025-07-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

pleger

m. plegers (1 iem., die iets doet; 2 glasblazerij: werkman, die de flessen in de koeloven rangschikt en opstapelt); 1. de pleger van het misdrijf; 2. de pleger stond gereed met zijn ijzer.

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

pleger

m. (-s), 1. iemand die iets pleegt: de van de misdaad; 2. (glasblazerij) iemand die de pas geblazen voorwerpen in de koeloven rangschikt.

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Pleger

Pleger m. (-s), (gew.) (glasfabr.) werkman die de pas geblazen voorwerpen in den koeloven verzorgt, rangschikt.