Wat is de betekenis van pledge?

2025-07-25
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

pledge

(zelfstandig naamwoord) [alg.] zie: woordenboek E-N

2025-07-25
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

pledge

I. pand, onderpand; borgtocht; belofte, gelofte; toast; sign (take) the pledge, de gelofte van geheelonthouding afleggen; II. verpanden; (ver)binden; plechtig beloven; drinken op de gezondheid van; III. in: pledge oneself, zijn woord geven, zich (op erewoord) verbinden.