plat (geologie)
o. (-ten), 1. de brede, vlakke zijde, in tegenst. met de smalle zijde: het van de hand; 2. het vlakke bovengedeelte van iets, m.n. vlakke afdekking op een bouwwerk of een gedeelte daarvan, vooral over een lager liggend gedeelte: de veranda komt uit op een plat; 3. (geologie) de onderzeese voortzetting van een continentaal gebied tot ongeveer de 1...