Wat is de betekenis van plakzegel?

o. en m. (-s), zegel die op iets geplakt wordt; — inz. die op kwitanties enz. geplakt moet worden ter voldoening van het zegelrecht.

(1925) (Barg.) zoen. • Wasch je nou effe gauw!... snauwden zij wel, maar zóó aanhalig, dat hij nog meer plakzegels afdrukte. Hij schoot ze allemaal aan, van Zuiderkerk tot Westerkerk, al keken de overzoete vrijers groen van nijd en jaloersche woede, en al drong hij ze schimpscheutig, onder den roodgeruiten omslagdoek van Malle Ge...

s.n., plaksegel (it).

zegel op een stuk (quitantie) geplakt om de zegelrechten te voldoen.

o. plakzegels (zegel, dat op iets geplakt wordt; inz. belastingzegel, dat op het zegelplichtige stuk wordt vastgekleefd inz. dat voor quitanties [10 cents]).

Zegel, waarmede belasting wordt voldaan en welke op een stuk wordt bevestigd en vervolgens onbruikbaar gemaakt. Zij worden in Ned. gebezigd ter zake van de voldoening van zegelrechten ( → Zegelwet), omzetbelasting en couponbelasting.

('plak) m. (-s) zegel op zekere stukken geplakt ter voldoening van het zegelrecht.

m. (-s), zegel die op iets geplakt wordt; m.n. die op kwitanties enz. geplakt moet worden ter voldoening van het zegelrecht.

de zegel, die op kwitanties van boven de f 10 moet worden geplakt, ter voldoening van het zegelrecht.