Wat is de betekenis van pinguïn, pinguïnpak?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

pinguïn, pinguïnpak

(1959) (inf.) zwart pak, smoking. • Ja. maar, dat vond hij toch te erg. antwoordde Annie zachtjes. — Natuurlijk, dat moet je begrijpen, zei Nora, want dan heeft hij dat pinguinpak voor niets geleend en kan hij zelf niet goochelen. (Het Parool, 18/12/1959) • Hij is niet de stoere Tarzan, parmantig rondstappend in een tijgervel, maar...