Wat is de betekenis van Pillendoos?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pillendoos

v. (...dozen).

2025-07-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

pillendoos

(2007) (Leiden, scheldw.) trut of onnozele hals. • (Hans Heestermans: Het Leids Woordenboek. 2007)

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

pillendoos

v. pillendozen (rond doosje, waarin de apotheker pillen aflevert; mil. verborgen ingegraven mitrailleurspost).

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

pillendoos

v. (...dozen; -je) 1. Eig. doos met of voor pillen. 2. Metf. Mil. ingegraven, verborgen mitrailleurpost.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

pillendoos

v./m. (-dozen), doos(je) voor of met pillen.

2025-07-25
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Pillendoos

Pillendoos, v. (...ozen). *-JE, (B. -N), o. (-s). *...DRAAIJER, m. (-s), apotheker (scheldnaam). *...SLIKKER, m., ...STER, v. (-s), (fig.) die zeer aan medicijnen gehecht is.

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)