Wat is de betekenis van Pieterman (1)?

2025-07-22
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Pieterman (1)

Pieterman (1) - Pieterman m. (-s), (v. gmv. als stofn.) zekere zeevisch (trachinus), tot de groep der baarsachtigen behoorende; het kieuwdeksel is van een scherpen stekel of doorn voorzien; de zeer lange rugvin heeft vooraan zeer scherpe vinstralen; komt ook aan onze kusten voor: de kleine pieterman (trachinus vipera) wordt 20 cM. lang.