Wat is de betekenis van Pajot?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pajot

m. (-ten), 1. (Barg.) soldaat. 2. (Zuidn.) inwoner van het Pajottenland.

2025-07-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Pajot

iemand uit Pajottenland. iemand die afkomstig is uit het Pajottenland; inwoner van het Pajottenland. Voorbeelden: De twee beste veldlopers van ons land (Vincent Rousseau en Lieve Slegers) blijven weg uit Alnwick, net als William Van Dijck en Ruddy Walem. Gelegenheidskopman Koen Van Rie kan zich als doel stellen beter te doen dan zijn...

2025-07-29
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

pajot

Inwoner van het Pajottenland, de streek in Belgisch-Brabant tussen Zenne en Dender.

2025-07-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Pajot

(Barg.) soldaat

2025-07-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Pajot

(pa'jot) m. (-ten) [paj (< Fr. pays, land), streekgenoot] inwoner van Vlaams Brabant ten westen van Brussel en van het aangrenzende gedeelte van Oostvlaanderen.

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

pajot

m. (―ten), (gew.) inwoner van het Pajottenland.