Wat is de betekenis van PAASTIJD?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Paastijd

m., tijd van het Paasfeest; — (R.-K.) tijd binnen welke men zich van de Paasplicht kan kwijten.

2025-07-26
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

PAASTIJD

is de voortgezette viering van het hoogfeest der Verlossing. Liturgisch verstaat men er onder de periode tussen Pasen en Drievuldigheid. Daarnaast wordt in juridische zin Paastijd genoemd de periode waarin men krachtens de kerkelijke wet zijn Paascommunie moet houden (C.I.C. can. 859. par. 2.; zie Paasplicht). Deze periode begint met Palmzondag; he...

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

paastijd

('pa:s) m. tijd omtrent Pasen nl. 1. tijd van Palmzondag tot Beloken Pasen. 2. tijd van Paaszaterdag tot de zaterdag na Pinksteren.

2025-07-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

paastijd

m., de periode van paaszaterdag tot de zaterdag na Pinksteren.

2025-07-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten