Wat is de betekenis van Overzeilen?

I. (zeilde over, is en heeft overgezeild), I. (onoverg.) naar de overkant zeilen; zeilende overtrekken : een rivier overzeilen; 2. (overg.) (van de lading enz. van een schip) door het overhellen onder het zeilen doen overgaan, naar een zijde verschuiven; 3. (onoverg.) nog eens zeilen: wegens een onregelmatigheid bij de wedstrijd moesten...

1 zeilde over. h. (1), i. (2) o'vergezeild (1 opnieuw zeilen; 2 van de ene plaats naar de andere zeilen, per zeilschip een water oversteken):. 1 de boeiers moesten overzeilen; ook: het derde nummer werd overgezeild; 2 een meer overzeilen; 2 overzeil'de, h. overzeild' (tegen een vaartuig aanzeilen, zodat het beschadigd wordt of zink...

1. ('o:vər) (zeilde over, is overgezeild) per zeilschip het water oversteken : naar Engeland -. 2, i'zeilon) (overzeilde, heeft overzeild) door ertegen aan te zeilen doen zinken : een schip -.

(zeilde over, is en heeft overgezeild), 1. naar de overkant zeilen: een rivier overzeilen; 2. nog eens zeilen: wegens een onregelmatigheid bij de wedstrijd moesten de jachten -.

Overzeilen - zie Aandrijven.

Overzeilen - (zeilde over, is overgezeild), naar den overkant zeilen; zeilende overtrekken: eene rivier overzeilen; —, (overzeilde, heeft overzeild), tegen een vaartuig aanzeüen, zoodat het beschadigd wordt of zinkt, omverzeilen. OVERZEILING, v. (■en).

b.w. - Op een vaartuig aanzeilen, zoo dat het te gronde gaat. Zie omtrent de gevolgen, welke dit voor den Overzeiler hebben kan, Wetb. van Kooph. art. 534 en volgg.

...

...