Over en weer
bw., 1. heen en weer; her- en derwaarts; 2. wederzijds.
Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)
heen en weer (informeel) De verpleegsters voor het routineonderhoud komen binnen met een kerststukje. Met de beste wensen van het hospitaal. Ze schrikken als ze Lamfreit zien. Zien iets dat jullie niet zien. Het bezoek moet buiten wachten, de kerstdokter van wacht wordt opgepiept, alweer een nieuwe. Geloop over en weer, geen antw...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Peter Bakema (2003)
heen en weer, heen en terug. In de aanloop naar de verkiezingen in juni waren de verdachtmakingen over en weer talloos. - DM, 13-08-2002.
M. J. Koenen's (1937)
bw. uitdr. (heen en weer): hij loopt over en weer; aardigheden worden over en weer gewisseld, wederkerig, van weerszijden.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: