Wat is de betekenis van ouweprostitueeën?

2025-07-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

ouweprostitueeën

(1980) (sch.) zaniken, zeuren, ouwehoeren*. • Zit niet te ouweprostitueeën (meieren, emmeren, ouwemevrouwen, ouwehoededozen, jeremieëren)! (Inez van Eijk: Zo lust ik er nog wel één. 1980) p. 89

Gerelateerde zoekopdrachten