Wat is de betekenis van Originair?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Originair

(Fr.), bn. bw., oorspronkelijk: originaire verkrijging, originair bezit, zelfstandig, niet van een ander afgeleid, in tegenst. tot derivatief.

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Originair

[Fr. originaire] oorspronkelijk, afkomstig.

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Originair

oorspronkelijk

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Originair

afkomstig

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

originair

1 afkomstig; 2 oorspronkelijk, zelfstandig.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

originair

(orizji'nε:r) bn. en bw. [Fr.] oorspronkelijk.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

originair

[Fr.] bn. en bw., oorspronkelijk, zelfstandig, niet van een ander afgeleid.

Gerelateerde zoekopdrachten