Wat is de betekenis van Orient, orient?

2025-07-29
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Orient, orient

I. Oosten, morgenland. II. opgaand [als de zon]; oostelijk; Oosters; schitterend, stralend; III. glans [v. parelen]; IV. naar ’t oosten keren (richten); V. orient oneself, zich oriënteren.