Wat is de betekenis van Orgelkoraal?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Orgelkoraal

o. (...ralen), koraal bestaande uit buizen die aan de uiteinden open zijn en als orgelpijpen naast elkander geplaatst (Tubipora).

2025-07-28
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Orgelkoraal

Tubipora, uit buizen best. koraal, als orgelpijpen naast elkaar staand.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

orgelkoraal

v. (...ralen) o. (als stofnaam) koraal bestaande uit buizen die als orgelpijpen naast elkaar geplaatst zijn (Tubipora).

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

orgelkoraal

o. (-ralen), orgelpijpkoraal.

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Orgelkoraal

Orgelkoraal o. (...ralen), (nat. hist.) een straaldier, tot de klasse der veelvoeten of poliepen behoorende; de kalkachtige buizen, die deze diertjes bewonen, zijn aan de uiteinden open en als orgelpijpen naast elkander geplaatst (tubipora).