Oreren
(oreerde, heeft georeerd), (<Lat.), 1. een redevoering houden, inz. gezegd van hoogleraren bij een academische plechtigheid; 2. (scherts.) redeneren, druk praten.
Van Dale Uitgevers (1950)
(oreerde, heeft georeerd), (<Lat.), 1. een redevoering houden, inz. gezegd van hoogleraren bij een academische plechtigheid; 2. (scherts.) redeneren, druk praten.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
ww [v. Lat. orare = o.a. spreken, van os, oris = mond] 1 een redevoering houden, spec. een inaugurele rede houden; 2 druk en met nadruk (en lang) praten.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
georeerd (Lat. orare = spreken: een redevoering houden; uitvoerig en deftig redeneren; druk praten): hij zat daar te oreren.
Jozef Verschueren (1930)
(o're:rən) (oreerde, heeft georeerd) [Lat. orare] 1. een redevoering houden. 2. Scherts. druk praten.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
[Lat.] (oreerde, heeft georeerd), 1. een redevoering houden; m.n. gezegd van hoogleraren bij een academische plechtigheid; 2. (scherts.) redeneren, hoogdravend of druk praten.
Instituut voor de Nederlandse taal
oreren ww. 'een redevoering houden' categorie: leenwoord Vnnl. oreren 'een rede uitspreken' in als orator ... oreren 'als een echte redenaar een rede uitspreken' [1561; WNT wind I], 'een betoog houden' in daer begon hij te oreren [1611; WNT Supp. audientie], ook vaak ironisch in aan 't oreeren,...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: