Wat is de betekenis van Ordonner?

2025-07-25
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Ordonner

I. regelen, schikken; bevelen, order geven, gelasten: verordenen, voorschrijven; ordenen, wijden; ordonner qn. prêtre, iemand tot priester wijden; II. commanderen; ordonner de, beschikken over; III. s’ordonner, bevolen worden; zich schikken; regelmatig worden.

Gerelateerde zoekopdrachten