Opsmeren
(smeerde op, heeft opgesmeerd), 1. op iets smeren: de dik opgesmeerde boter; 2. smerende verbruiken: al de boter is opgesmeerd ; — (Zuidn.) verteren, verkwisten: al zijn geld heeft hij opgesmeerd.
Van Dale Uitgevers (1950)
(smeerde op, heeft opgesmeerd), 1. op iets smeren: de dik opgesmeerde boter; 2. smerende verbruiken: al de boter is opgesmeerd ; — (Zuidn.) verteren, verkwisten: al zijn geld heeft hij opgesmeerd.
J.H. van Dale (1898)
Opsmeren (smeerde op, heeft opgesmeerd), smerende verbruiken : al de boter is opgesmeerd; — (Zuidn) verteren, verkwisten: al zijn geld heeft hij opgesmeerd.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: