Wat is de betekenis van Opschrikken?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Opschrikken

(schrikte op, heeft en is opgeschrikt), 1. met een schrik op jagen, doen opspringen: iem. opschrikken ; uit zoete overpeinzingen opgeschrikt; 2. (onoverg.) van schrik opspringen: een gerucht deed haar opschrikken ; — met schrik het hoofd opheffen of zich oprichten.

2025-07-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

opschrikken

opschrikken - onregelmatig werkwoord uitspraak: op-schrik-ken 1. plotseling uit een bepaalde toestand gehaald worden ♢ de vogels schrokken op toen ik naar buiten stapte Onregelmatig werkwoord: op-schrik-ken ik schrik...

2025-07-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Opschrikken

v., opskrilje.

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

opschrikken

('op) (schrikte op, opgeschrikt) 1. (heeft) van schrik doen opspringen: iemand uit zijn rust -. 2. (is) van schrik opspringen: uit zijn stoel -.

2025-07-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

opschrikken

(schrikte op, heeft en is opgeschrikt), (overg.) I. met een schrik opjagen, doen opspringen: vogels opschrikken; uit zijn gedachten opgeschrikt; II. (onoverg.) van schrik opspringen: een gerucht deed haar opschrikken.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Opschrikken

Opschrikken (schrikte op, heeft en is opgeschrikt), van schrik doen opspringen: iem. opschrikken; — van schrik opspringen.

2025-07-24
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten