Wat is de betekenis van opmieter?

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

opmieter

(19e eeuw) (inf.) klap, dreun. Talrijke synoniemen in de volkstaal: opduvel, oplazer, oplababber enz. • Talrijk zijn de woorden voor klap, vechten, afranselen: een draai (om de oren), dreef (Zaans), flabbe, flap, fleer, flik, flonk, klets, klater, klapbak(s), klink, koofke, koontje, lababbe! (Wolff en Deken), labaster, labberdraai, labberdoeda...

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

opmieter

m. (-s), (gemeenz.) oplawaai.