Op het nippertje
op het laatste ogenblik, zonder enige speelruimte van tijd, nog net op tijd. Vgl. in sommige streken van Zuid-Nederland: het stak nip (nauw); het komt er nip op aan; gij hebt het daar zo nip of op het nipken (op ’t uiterste puntje) gezet, het zou kunnen vallen; nip, nipte, nips, nippens, knippens, op het nippeke staan, zo nauw op het nip of d...