Wat is de betekenis van Oonschaap?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Oonschaap

o., (...schapen), (gew.), schaap dat moet onen of pas geoond heeft en zijn lammeren zoogt.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Oonschaap

Oonschaap o. (...schapen), een schaap dat moet oonen of pas geoond heeft en zijne lammeren zoogt.

Gerelateerde zoekopdrachten