Onversterfelijk
bn., 1. (w. g.) onsterfelijk: de ridder, wiens naam in Ariosto’s zangen ons onversterfelijk is bewaard; 2. van leengoederen, altijd in het geslacht blijvende: als een vrij, onversterfelijk leen ontvangen.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. (w. g.) onsterfelijk: de ridder, wiens naam in Ariosto’s zangen ons onversterfelijk is bewaard; 2. van leengoederen, altijd in het geslacht blijvende: als een vrij, onversterfelijk leen ontvangen.
J.H. van Dale (1898)
bn. (w. g.) onsterfelijk; de ridder, wiens naam in Ariosto’s zangen ons onversterfelijk is bewaard; — van leengoederen, altijd in het geslacht blijvende : als een vrij, onversterfelijk leen ontvangen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: