Wat is de betekenis van onoplettend?

2025-07-22
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onoplettend

bn. (-er, -st), niet oplettend: een onoplettende leerling.

2025-07-22
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onoplettend

onoplettend - Bijvoeglijk naamwoord 1. niet oplettend Woordherkomst Afgeleid van oplettend met het voorvoegsel on-

2025-07-22
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

onoplettend

onoplettend - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: on-op-let-tend 1. zonder dat ze de aandacht erbij hebben ♢ enkele onoplettende leerlingen hadden weinig onthouden van de les Bijvoeglijk naamwoord: on-op-let-tend ... is...

2025-07-22
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Onoplettend

adj., ûnachtsum, achteleas, wa(e)rleas, waerloas.

2025-07-22
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onoplettend

(onop'lettənt) bn. en bw. (-er, -st) niet oplettend : -e leerlingen. Syn. achteloos.

2025-07-22
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Onoplettend

bn. (-er, -st), niet oplettende : een onoplettende leerling. ONOPLETTENDHEID, v. (...heden).

2025-07-22
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Onoplettend

zie Achteloos.

2025-07-22
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-22
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)