Wat is de betekenis van onomasticon?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onomasticon

(Gr. onoma, naam) o. (-s), lijst van (persoons)namen, naamboek.

2025-07-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Onomasticon

[v. Gr. onomastos = te noemen, van onoma = naam] 1 lijst van persoonsnamen, namenwoordenboek; 2 naamvers, gedicht op de naamdag van een persoon.

2025-07-26
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Onomasticon

naamboek

2025-07-26
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Onomasticon

lijst van eigennamen; verklaring van namen; verjaarvers.

2025-07-26
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

onomasticon

(Gr.) o. naam- of woordenlijst; verjaarvers, gedicht op de naamdag.

2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onomasticon

o. onomasticons (Gr. onoma = naam: lijst van [persoons]namen, woordenlijst; ook: verjaarvers, naamdicht).

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onomasticon

(ono'mastikon) o. (-s) [Gr.] wat betrekking heeft op een of meer namen nl. 1. lijst, woordenboek met (persoons)namen. 2. gedicht op de naamdag, verjaarsvers.

2025-07-26
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

onomasticon

onomasticon - v., lijst van eigennamen ; verklaring van namen ; verjaarvers

Gerelateerde zoekopdrachten