Onledig
bn., niet zonder bezigheid, bezig, in de weer: de boeken waarmee hij in de laatste tijd onledig was geweest; iem. of zich onledig houden, bezighouden.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., niet zonder bezigheid, bezig, in de weer: de boeken waarmee hij in de laatste tijd onledig was geweest; iem. of zich onledig houden, bezighouden.
Dr. E. Schröder (1980)
Een vreemd woord, het woord onledig. Men is geneigd te zeggen: wat on-ledig is, is vol. Maar wij kunnen niet zeggen: gelukkig, de kruik is nog onledig. Wij gebruiken namelijk het woord ledig alleen in de betekenis: niet vol. Maar ledig had ook andere betekenissen. Bekend is de zegswijze: ledigheid is des duivels oorkussen, vroeger: een leech mens i...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
(on'le:dəch) bn. niet ledig, bezig inz. met een werk tot tijdverdrijf : een lichte bezigheid om zich te houden. Syn. bezig.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn., niet zonder bezigheid, bezig, in de weer: de boeken waarmee hij in de laatste tijd onledig was geweest; iemand of zich onledig houden, bezighouden.
J.H. van Dale (1898)
bn. niet zonder bezigheid, bezig, in de weer : de boeken waarmee hij in den laatste tijd onledig was geweest; — iem. of zich onledig houden, bezighouden; — (w. g.) niet ledig, vol of bijna vol, bezet. ONLEDIGHEID, v.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: