Onhandigheid
v., 1. het onhandig-zijn. 2. (...heden) onhandige daad: het was geen boos opzet, maar een onhandigheid.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., 1. het onhandig-zijn. 2. (...heden) onhandige daad: het was geen boos opzet, maar een onhandigheid.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v., 1. het onhandig-zijn; 2. (-heden), onhandige daad: het was geen boos opzet, maar een onhandigheid.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: