Wat is de betekenis van Ongeleerd?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ongeleerd

bn., 1. ongeoefend: ongeleerd in de kunst van strijden; 2. niet onderwezen; nauwelijks kunnende lezen of schrijven: ongeleerde mensen; 3. niet geleerd, zonder uitgebreide kennis.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ongeleerd

bn. (niet onderwezen; niet geoefend): het waren maar ongeleerde mensen; ongeleerd in de kunst van spelen en zingen.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ongeleerd

(ongə'le:rt) bn. en bw. 1. niet onderwezen: -e mensen. 2. niet geoefend : in de schermkunst.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Ongeleerd

Ongeleerd bn. ongeoefend : ongeleerd in de kunst van strijden; — niet onderricht in de allereerste kundigheden die uit boeken geput wordt, nauwelijks kunnende lezen of schrijven; — ongeleerde tijden, tijden van onkunde, waarin de menschen weinig of niets wisten; een ongeleerde, die niet geleerd is. ONGELEERDHEID, v. onkunde in zake van...