Wat is de betekenis van onberecht?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onberecht

bn., niet berecht; — (R.-K.) niet bij het sterven van de genademiddelen der Kerk voorzien, onbediend: onberecht sterven.

2025-07-24
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

onberecht

niet berecht. niet berecht; niet door een rechter of rechtbank veroordeeld; niet voor zijn misdaden gestraft; ongestraft. Voorbeelden: Dat Stalin en Mao – beiden onberecht gebleven – zich aan mateloze misdaden schuldig hadden gemaakt, werd achteraf ook door bolsjewiki erkend. Milo Anstadt, Alles wat het geval is, 2001...

2025-07-24
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Onberecht

niet voorzien van de → Laatste H.H. Sacramenten (de Kerkerechten). In Noord-Nederland is de term niet gebruikelijk.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onberecht

bn. (R.-K. niet bediend): de man stierf onberecht.

2025-07-24
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Onberecht

b/d R.K.: niet bediend, niet voorzien v/d laatste H. Sacramenten ( → oliesel).

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onberecht

(onbə'recht) bn. en bw. Kat. niet voorzien van de laatste sakramenten : sterven.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Onberecht

bn. (van een land) niet berecht, niet van rechtsbedeeling voorzien; en bij uitbr., door niemand beheerd of bestuurd, regeeringloos, (w. g.) : nu stond het land zonder graaf, gravin en graaflijke regeering, onberecht en onbeschermd; — (R.-K.) (van pers.) niet berecht, niet bij het sterven van de genademiddelen der Kerk voorzien, onbediend : in...

Gerelateerde zoekopdrachten