Onbekeerd
bn., 1. niet bekeerd, de weg der zonde nog betredende, onverbeterd: een onbekeerde zondaar; hij is en blijft een onbekeerde deugniet; 2. (in ’t bijz.) niet bekeerd tot het Christendom: de Friese koning Radboud stierf onbekeerd.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. niet bekeerd, de weg der zonde nog betredende, onverbeterd: een onbekeerde zondaar; hij is en blijft een onbekeerde deugniet; 2. (in ’t bijz.) niet bekeerd tot het Christendom: de Friese koning Radboud stierf onbekeerd.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
J.H. van Dale (1898)
bn. niet bekeerd, den weg der zonde nog betredende en nog niet op het pad der deugd teruggekeerd; onverbeterd: een onbekeerde zondaar; hij is en blijft een onbekeerde deugniet; — niet bekeerd tot het christendom, maar volhardende in de dwaalleer van 't jodendom of het bijgeloof van ’t heidendom, naar de voorstelling der Christelijk...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: