Ompassen
(paste om, heeft omgepast): iem. iets ompassen, het hem om het lijf doen, om te zien of het goed passend is; — zich iets ompassen, iets ompassen: pas die sjaal eens om, of ze ook te lang is.
Van Dale Uitgevers (1950)
(paste om, heeft omgepast): iem. iets ompassen, het hem om het lijf doen, om te zien of het goed passend is; — zich iets ompassen, iets ompassen: pas die sjaal eens om, of ze ook te lang is.
J.H. van Dale (1898)
(paste om, heeft omgepast); iem. iets ompassen, het iem. om het lijf doen, om te zien of het goed passend is : iem. een mantel ompassen; hij heeft hem den sabelkoppel omgepast; — zich iets ompassen, of eenvoudig iets ompassen, zich iets om het lijf doen, om te zien of het goed passend is; pas die sjaal eens om, of ze ook te lang is.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: