Wat is de betekenis van Omloeren?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omloeren

(loerde om, heeft omgeloerd), rondloeren, naar alle kanten ter sluik de ogen laten rondgaan: de struikrovers loerden overal om, of zij ook reizigers zagen aankomen.

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Omloeren

omloeren, (loerde om, heeft omgeloerd), her- en derwaarts loeren, naar alle kanten ter sluik de oogen laten rondgaan: de struikroovers loerden overal om, of zij ook reizigers zagen aankomen.

Gerelateerde zoekopdrachten