Wat is de betekenis van omkoop?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omkoop

m., de daad van omkopen, het omkopen.

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

omkoop

omkoop - Werkwoord 1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkopen ♢... dat ik omkoop

2025-07-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

omkoop

omgekoop, deur geld, geskenke, eerbewyse, ens., iem. sy erkende beginsel laat prysgee.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

omkoop

m. (de daad van omkopen).

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

omkoop

('om) m. het omkopen

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Omkoop

omkoop, m. de daad van omkoopen, het omkoopen.