Wat is de betekenis van nitroglycerine?

v., stof verkregen door inwerking van zwavel- en salpeterzuur op glycerine, in 1866 door Nobel geschikt gemaakt als springstof.

nitroglycerine - Zelfstandignaamwoord 1. (scheikunde) vloeibare springstof, bereid uit glycerol, zwavel- en salpeterzuur die bij kleine trillingen kan ontploffen Woordherkomst afgeleid van glycerine met het voorvoegsel nitro- Synoniemen glyceryltrinitraat Verwante begrippen dynamiet

[chem.) oude naam voor trinitroglycerol of beter: glyceroltrinitraat, een springstof.

zeer ontplofbare vloeistof

nitroglycerine - Vloeibare springstof, zeer gevoelig.

sterk ontplofbare stof uit glycerine met zwavel- en salpeterzuur samengesteld.

nitroglycerine.

beter: glycerinetrinitraat, C3H5 (NO3)3, uiterst explosieve niet-ongiftige verbinding, in 1847 door Sobrero, Turijn, ontdekt. Ontstaat door verstuiving van glycerine in nitreerzuur, bij temperaturen tussen 10 en 20 gr. C. N. komt dan als een kleurloze olie bovendrijven. S.G. 1,6 en sm.pt 2,2 gr. C. en 13,3 gr. C (dimorfie); inademen van de damp ver...

v. uit glycerine met zwavel- en sal- peterzuur samengestelde zeer ontplofbare vloeistof, uit vinding v. d. Zweedsen scheikundige Alfred Nobel, zie Nobelprijs.