Wat is de betekenis van netheid?

2025-07-22
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Netheid

v., het net-zijn, ordelijk-, keurigheid.

2025-07-22
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

netheid

netheid - Zelfstandignaamwoord 1. keurig zijn van iets vooral in kleding, voorkomen, manier van werken, huishouding De hoofdpersoon van de film, Ove, belichaamt beide kanten van de medaille: hij is eenzaam, zelfs levensmoe, maar tegelijkertijd hecht hij enorm aan netheid, orde en het naleven van de r...

2025-07-22
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

netheid

netheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: net-heid 1. het netjes zijn ♢ de netheid van deze familie laat te wensen over Zelfstandig naamwoord: net-heid de netheid Synoniemen reinheid

2025-07-22
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

netheid

sindelikheid.

2025-07-22
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Netheid

s., kreazens, knappens, eptigens, tsjeppens, hibbigens, keinens, krûdigens.

2025-07-22
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

netheid

('net) v. het net zijn.

2025-07-22
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

netheid

v., het net zijn, ordelijkheid, keurigheid.

2025-07-22
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Netheid

Netheid v. het nette, het sierlijke.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-22
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Netheid

Netheid, v. gmv. het nette, het sierlijke. *...JE, (B. -N), o. (-s), klein net. *...JES, (B. *...JENS), bijw. keurig, sierlijk, fraai. *...KORAAL, v. zek. gewas. *...STOK, m. (-ken), stok van een net. *...TELIJK, bijw. zuiver, netjes.