Wat is de betekenis van Navijlen?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Navijlen

(vijlde na, heeft nagevijld), 1. nog eens, later vijlen; 2. door te vijlen namaken.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Navijlen

(vijlde na, heeft nagevijld), nog eens, later vijlen; door te vijlen namaken.

2025-07-24
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Navijlen

Navijlen, bw. gel. *...VISSCHEN, bw. gel. nog eens visschen; (fig.) onderzoeken, nasporen. *...VLECHTEN, bw. ong. *...VLIEDEN, bw. ong. *...VLIEGEN, bw. ong. *...VLOED, m. (zeew.) achtervloed, het laatste van den vloed. *...VLOEIJEN, (B. ...IEN), ow. gel. (inz. van vrouwen die pas gebaard hebben). *...VLOEKEN, bw. gel. vloekende iem. volgen....

Gerelateerde zoekopdrachten