Nateelt
v., (in de haringvangst) naseizoen.
G. Th. van Kempen (1974)
tweede of derde teelt van een gewas op één perceel in hetzelfde jaar; bv. stoppelgewassen na graan of erwten.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Veerman (1954)
(1) Teelt van een tweede gewas na een eerste. B.v. de teelt van groenten na vroege aardappelen of van snijbonen en chrysanten na tomaten onder glas. Men spreekt dan van tweede vrucht of navrucht.(2) Het nog eens telen of verbouwen van hetzelfde gewas, evt. in een volgend jaar. Geschiedt dit natelen met het doel zaaizaad te produceren dan spreekt me...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m., tuinbouwgewas dat later in het seizoen wordt geplant of gezaaid op grond, waarvan reeds één of meer gewassen (voorteelt en/of hoofdteelt) zijn geoogst. Nateelt wordt toegepast omdat men streeft naar een zo intensief mogelijk grondgebruik. Voorbeelden van een nateelt: in bakken wordt na komkommers als hoofdteelt sla geplant, in...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: