Wat is de betekenis van Nachtwächter?

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

nachtwachter

nachtwachter - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) nachtwacht, iemand die in de nacht op de veiligheid let De nachtwachter liep ieder uur zijn ronde door de stad. Woordherkomst samenstelling van nacht en wachter

2025-07-25
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

nachtwachter

(de, -s), nachtwaker. Elke namiddag om 6 uur moest de stalknecht in tegenwoordigheid van den fabrieksopzichter de paarden voeren en om 9 uur ’s avonds moest deze met den nachtwachter die paarden opnieuw voeren ( ) (Bartelink 27). - Etym.: Zie wachter (1).

2025-07-25
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Nachtwächter

nachtwacht.