Muta
plofklank (taalk.)
A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)
verandering; het ruien (vogels); aflossing (wacht); span (paarden); meute (honden); stel, paar; muta di porcellana, eetservies; a muta, a muta, a muta, afwisselend; darsi la muta, elkaar aflossen.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
(Lat., = stom), letterlijk: stomme klank; een term uit de oudere klankleer, waarin men de medeklinkers verdeelde in semivocales (halfklinkers, bijv. j en w) en mutae. Bij de m. speelden de stembanden geen rol of een zeer ondergeschikte rol.
Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)
aanwijzing in de orkestpartijen der pauken, hoorns, trompetten en clarinetten, wanneer een verandering van stemming verlangd wordt. B.v. Muta in G d bij in f c gestemde pauken beteekent, dat de groote pauk van f naar G. de kleine van c naar d moet worden omgestemd.
Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)
Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: