Wat is de betekenis van monoftongering?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Monoftongering

v., het samentrekken tot één klank van tweeklanken of diftongen, bv. ai>ê.

2025-07-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

monoftongering

monoftongering - Zelfstandignaamwoord 1. (taalkunde) het verschijnsel dat een diftong of triftong overgaat in een monoftong De monoftongering van /ɑu/ is niet pan-Brabants. Woordherkomst Naamwoord van handeling van monoftongeren met het achtervoegsel -ing. Verwante begrippen...

2025-07-23
Nederlands Logopedisch Lexicon

L.J.M. Bogaert (2007)

Monoftongering

(v.), het samentrekken van een tweeklank of diftong tot één klank,

Gerelateerde zoekopdrachten