Wat is de betekenis van Mixer?

(zelfstandig naamwoord) [culinair] mengmachine, klutser, klopper - Klop jij nog met een garde? Daar heb je toch een klutser voor! [media] schakeltechnicus; mengpaneel - Een schakeltechnicus gebruikt tegenwoordig een computerprogramma als mengpaneel.

(1951) (< Am.-Eng.) allemansvriend; iemand met een informele omgangsvorm. • mixers: "allemansvrienden, die men tegenwoordig met een afschuwelijk amerikanisme goede mixers noemt" (J. Greshoff). (C.G.N. de Vooys: Engelse invloed op de Nederlandse woordvoorraad. 1951)

mixer - Zelfstandignaamwoord 1. (gereedschap) apparaat om te mengen, om een mengsel (mix) te maken 2. (huishouden) (kookkunst) keukengereedschap om fijne of vloeibare ingrediënten mee te mengen 3. (gereedschap) apparaat waarmee audio- en/of videosignalen van verschillende bronnen gemengd kunnen worden, mengpaneel Woordherkomst...

Mixer - mengtafel; iemand die mixt.

mixer - zelfstandig naamwoord uitspraak: mik-ser 1. meng- en kloptoestel voor in de keuken ♢Ilonka klopt de slagroom stijf met een mixer 2. iemand die geluidsbanden met elkaar mengt ♢de mixer maakte va...

mengapparaat; mengpaneel

Apparaat voor het mengen van geluid- of beeldsignalen.

toonmeester: persoon die voor film geluiden samenstelt en sterkte bepaalt

menger [v. dranken]; a good mixer, iemand, die zich gemakkelijk aansluit, een gezellig iemand.