Wat is de betekenis van Mimisch?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mimisch

bn., tot de gebarenkunst behorende.

2025-07-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Mimisch

[Gr. mimikos] de mimiek betreffende.

2025-07-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Mimisch

tot de gebarenkunst behorend

2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Mimisch

tot de mime behorend; nabootsend.

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

mimisch

tot de gebarenkunst behorende.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mimisch

bn., bw.; van, betreffende of behorende tot de mimiek. (i = ie).

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mimisch

('mi:mis) bn. en bw. van, volgens, betreffende de mimiek.

2025-07-24
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Mimisch

op mimiek betrekking hebbend. Mimische aangezichtskramp, zie Tic convulsif. Mimische aangezichtsverlamming, verlamming van den nervus facialis.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Mimisch

op mimiek betrekking hebbend. Mimische aan gezichtskramp, zie Tic convulsif. Mimische aangezichtsverlamming, verlamming van de nervus facialis.