Wat is de betekenis van midwinter?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Midwinter

m. (-s), tijd(stip) van het midden van de winter, inz. de kortste dag; (ook) Kerstmis.

2025-07-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

midwinter

Het begrip midwinter heeft 2 verschillende betekenissen: 1) de dag van de winterzonnewende. de dag van de winterzonnewende die in het noordelijk halfrond plaatsvindt op of direct omstreeks 21 december. 2) periode rond 21 december. de periode rond 21 december bij de winterzonnewende; metonymisch ook in toepassing op het feest dat men...

2025-07-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

midwinter

midwinter - Zelfstandignaamwoord 1. periode van het midden van de winter Woordherkomst samenstelling van mid en winter Antoniemen midzomer Verwante begrippen herfstpunt, lentepunt, equinox

2025-07-26
Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Midwinter

zie Kerstmis.

2025-07-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Midwinter

s., mid(s)winter.

2025-07-26
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

midwinter

1. 't midden van de winter; 2. winterzonnestilstand.

2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

midwinter

m. -s; het midden van de winter; 22 Dec.

2025-07-26
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Midwinter

22 Dec., wordt in sommige streken v. ons land gevierd d/h M.-blazen; tegenstelling: Midzomer, 21 Juni.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

midwinter

(mit’wintdr) m. (-s) 1. Algm. midden van de winter. 2. Inz. a. kortste dag van ’t jaar, 22 dec. b. Kerstmis.