Wat is de betekenis van Middenstand?

m., klasse der maatschappij tussen arbeiders en kapitalisten: men onderscheidt oude en nieuwe middenstand; tot de eerste behoren de zelfstandige handwerkers en kleine ondernemers, de laatste omvat onzelfstandige ambtenaren en hogere employé's.

middenstand - Zelfstandignaamwoord 1. groep van kleine zelfstandigen ♢ De zelfstandige bakker en slager waren duidelijke vertegenwoordigers van de middenstand. 2. de middenklasse van de samenleving ♢ De middenstand is niet zo arm en ongeschoold...

Middenstand - de kleine jongens in de drughandel, de pakkiesmannen, (tegenover de zgn. kilomannen).

middenstand - zelfstandig naamwoord uitspraak: mid-den-stand 1. zakenmensen met een klein bedrijf ♢de middenstand heeft moeite om aan personeel te komen Zelfstandig naamwoord: mid-den-stand de middenstand

Tot deze categorie kunnen ambachtslieden van de gilden en handelaren, zoals kooplieden op de markt en rondtrekkende venters met allerhande koopwaar worden gerekend. Tot ver in de 19e eeuw stelden de winkeltjes op het Friese platteland weinig voor. Anders was dat in de steden, waar vanaf het midden van de 19e eeuw verschillende winkels werden gevest...

De middenstand zijn de middelste lagen in de maatschappij; verdeeld in oude middenstand (zelfstandige winkeliers, ambachtslieden en agrariërs) en nieuwe middenstand (onzelfstandige hoofdarbeiders: employees en ambtenaren); naar analogie hiervan spreekt men wel van ‘oude’ handarbeiders (onzelfstandige ambachtslieden en landarbeiders) en ‘nieuwe’ han...

Langzamerhand verouderde aanduiding van de maatschappelijke klasse van 'kleine zelfstandigen’, een groep die tijdens de klassenstrijd van vóór en na de eeuwwisseling noch bij de arbeiders noch bij de kapitalisten kon worden ingedeeld. De middenstand bevond zich daartussen, vandaar de naam. Gaandeweg werd een onderscheid gem...

Middenstand - het denkbeeldig waterpeil dat het gemiddelde is van een lange serie waarnemingen die met gelijk tijdinterval zijn genomen. De hoogten van land, van uit zee zichtbare bouwwerken en van lichtbronnen van lichten worden in Nederlandse kaarten gegeven boven de middenstand. → Reductievlak.

Omvat in beperkte zin vooral a.handeldrijvende M., b ambacht, c. kleine vervoerbedrijven. Overbezetting is in deze groep vrijwel regel. Dit leidt tot branchevervaging en vaak tot de noodzaak van neveninkomsten. Typerend is de centrale plaats van de eigenaar in de bedrijfsvoering. Als ambacht gelden nijverheidsbedrijven met onder de tien man per...